Het schrijversbezoek van Arnon Grunberg

1891

Op woensdag 31 maart 2021 bezocht de bekende Nederlandse auteur Arnon Grunberg het Helmondse buurthuis: De Fonkel. Hier werd hij geïnterviewd door de docenten Nederlands Wim Pelgrim en Udo Holtappels en de leerlingen van VWO 5 en VWO 6. De leerlingen van VWO 5 werden geacht een verslag te schrijven van dit schrijversbezoek, waardoor de zaal gevuld was met pennende en nieuwsgierige leerlingen. Een verslag van onze redacteuren Jochem Marechal en Libby Bekkers.

Hoe het allemaal begon
Het interview begon zonder introductie van de heer Grunberg. Dit was echter geen enkel probleem omdat alle leerlingen zich al over hem hadden ingelezen en onderzoek hadden gedaan. Om te beginnen haalde meneer Pelgrim een interview uit 2018 aan waarin het onder andere ging over opgroeien. Meneer Grunberg vertelde na aanleiding hiervan dat verhalen bedenken eigenlijk al heel vroeg begint. Volgens hem begint het verzinnen van verhalen bij de ontdekking dat je niet altijd de waarheid hoeft te spreken. Als kind leer je dat door te jokken. ‘Ik ben wel eens thuis gekomen en heb verteld dat er iemand uit mijn klas uit een boom is gevallen en zijn been heeft gebroken, terwijl daar geen woord van klopte,’ vertelde hij.

Verhalen verzinnen deed hij dus al van kleins af aan. Verhalen schrijven begon echter later pas, omdat meneer Grunberg een grotere ambitie had voor toneel. Toen dit hem niet helemaal schikte is hij pas begonnen met schrijven.

Over het schrijven
Arnon Grunberg is verreweg een van de meest productieve auteurs binnen de Nederlandse literatuur. Dagelijks schrijft hij zo’n 500 tot 700 woorden. Ik vroeg me daarom af of dat soms niet heel moeilijk is en hoe hij zichzelf er toe zet dagelijks zoveel woorden op papier te zetten. Hierop beantwoordde hij dat hij het moeilijker vind om een dag niet te schrijven, dan een dag veel te schrijven. ‘Schrijven is best verslavend’ gaf hij toe. Wel gaf hij aan de laatste jaren wat effectiever gebruik te maken van zijn tijd door bijvoorbeeld in de trein te schrijven.

‘U schrijft dus heel veel, in 2018 zelfs 5 boeken, maar leeft u daardoor niet in een soort bubbel?’ ‘Leeft u niet teveel in de pagina’s van de boeken die u schrijft in plaats van in het nu?’ Deze vraag stelde vwo 5- leerling Isis, waarop meneer Grunberg reageerde dat hij juist in het nu leeft omdat hij zo’n open blik heeft. Juist door vele culturen en plaatsen te zien krijgt hij veel inspiratie waar hij over kan schrijven. Op de vraag van Jochem over wat zijn grootste inspiratie is, antwoordde hij: ‘Mensen en het sociale spel dat we met zijn allen spelen.’

Over zijn boeken
Meneer Grunberg gaf aan geen favoriet boek te hebben. ‘Vaak is mijn favoriete boek het boek waar ik op dat moment mee bezig ben.’ ‘Het is gelukmakend om te weten dat je met iets moois bezig bent.’ zei hij. Over zijn boeken werden uiteraard een hoop vragen gesteld. Het was veel leerlingen al opgevallen dat meneer Grunberg veel details benoemt in zijn boeken. Uit zijn antwoorden blijkt dat hij dat doet omdat hij de kleine details veelzeggend vindt. ‘Realisme zit hem in de details’ omschreef hij. Hij gaf aan mensen veel te observeren om achter deze kleine details te komen. Personages uit zijn fictieboeken zijn daarom niet gebaseerd op een enkel persoon, maar bestaan uit kleine elementen van heel veel verschillende mensen.

Zoals je hebt kunnen lezen zijn we als leerlingen veel te weten gekomen over Arnon Grunberg, zijn boeken en het schrijven daarvan. Alle vwo5-leerlingen waren fanatiek mee aan het schrijven en er werden een hoop leuke vragen gesteld. Ik vond het een interessante middag waarin veel te leren viel. Als afsluiter vroeg meneer Pelgrim nog of meneer Grunberg een advies had voor de leerlingen. ‘Wees eigenwijs,’ zei hij. ‘Kies niet altijd voor zekerheid, want zekerheid is enkel een illusie.’ En met die wijsheid werd het bezoek afgesloten en verlieten we de zaal.